Skip to main content

Machiel de Graaf over de aanpak van de jihad

Voorzitter.
"Hak de hoofden af van burgers in landen van de coalitie die vecht tegen de Islamitische Staat. Hak hun hoofden af." Nog één keer: "Hak hun hoofden af. Stenig ze, gooi ze van een hoog gebouw, vergiftig ze en verbrand hun gewassen." Aldus de oproep gisteren vanuit de Islamitische Staat. De Islamitische Staat heeft vorige week opgeroepen tot aanslagen in de Verenigde Staten en in Australië. Een jihadist uit Vlaanderen zei dat burgemeester De Wever van Antwerpen zich terecht zorgen maakt over eventuele aanslagen in zijn stad. Khorasan, de nieuwste loot aan de gewelddadige islamitische tak, richt zich, weten we sinds gisteren, met aanslagen specifiek op Westerse, dus ook op Nederlandse doelen.


Uit onderzoek blijkt dat bijna 7% van de moslima's in Amsterdam bereid is om zelf geweld te gebruiken om de islam te verdedigen. Als je dat extrapoleert, gaat het in Nederland om tienduizenden verdedigers van de islam die bereid zijn om geweld te gebruiken. De islamitische geweldsdreiging is dus om de hoek. Die is overal, hier in de stad en in het hele land.
Bijna 80% van de Nederlanders, zo lazen we vanmorgen in de krant, vindt dan ook dat de regering te weinig doet aan het in kaart brengen van potentiële terroristen. 95% vindt dat Nederland niet veilig is voor terreur. Meer dan de helft voelt zich daadwerkelijk onveilig voor die terreur. Zo'n 60% van de mensen heeft het bij het juiste eind als ze zien dat die terreurdreiging gewoon met de islam te maken heeft.
Daarom heb ik de volgende vragen, want wij beschermen de veiligheid en de vrijheid, die worden bedreigd: Waarom laat de minister jihadgangers, het liefst met zo veel mogelijk gelijkgestemden en familieleden, niet gewoon gaan om hen vervolgens nooit meer te laten terugkeren? Opgeruimd staat netjes! Waarom wil de minister hen zo graag in Nederland houden? Deelt de minister mijn mening dat de open grenzen niet meer te handhaven zijn? Is hij bereid deze grenzen te sluiten en weer controles in te stellen aan de grens? Dan zien we zelf wel wie we binnenlaten.
Is de minister bereid in te zien dat zijn aanpak zoals onlangs gepresenteerd, deels onuitvoerbaar is maar vooral schromelijk tekortschiet? De allerbelangrijkste vraag voor vandaag is: hoe gaat deze minister, hier en nu, en misschien via andere kanalen, aan de bevolking, aan de mensen thuis duidelijk en concreet uitleggen dat zij veilig zijn in Nederland, thuis en op straat?

Antwoord minister Opstelten:
Voorzitter. Dank voor de gestelde vragen. Het is duidelijk dat wij in Nederland ook staan voor de vrijheid en veiligheid van de bewoners in ons land. Wij laten ons niet intimideren door terroristen. Het kabinet heeft daarom het actieprogramma Integrale Aanpak Jihadisme gemaakt. Hierin staan de maatregelen. Deze hebben ook een brede steun in de Kamer gekregen. Deze maatregelen passen wij nu toe en voeren wij uit. Het is heel belangrijk dat we voorkomen dat mensen naar het jihadgebied gaan en vervolgens in terroristische handen komen. We moeten ook voorkomen dat ze terugkomen en dan een gevaar voor ons land zijn. Dat is het antwoord op de eerste vraag.
De tweede vraag ging over het sluiten van de grenzen. Wij proberen het en doen het met alle inzet van onze diensten, politie, justitie, veiligheidsdiensten en het lokale bestuur. Wij doen het internationaal in samenwerking met onze collega's. Wij doen het wereldwijd -- dat is bekend -- om deze aanpak een succes te laten zijn. Deze aanpak moet een succes zijn. Ik zal niet verhelen dat het dreigingsbeeld in ons land substantieel is. Ook in Nederland is een aanslag een reële dreiging. Wij hebben geen kritisch dreigingsbeeld, want dat zou betekenen dat er nu een concrete dreiging zou zijn. Wij staan voor deze aanpak. Ik zeg u hier en nu dat mijn collega's hier, onze diensten, mijn collega's in het buitenland en hun diensten er op elk moment van de dag voor staan om alles te doen wat de nationale veiligheid in ons land dient.

Machiel de Graaf (vervolgvragen):
Bij de eerste vraag gaat het eigenlijk al mis. Mensen niet laten gaan, maar hier houden. Dan worden ze vervolgens opgeroepen door de Islamitische Staat om in Nederland en in het Westen aanslagen te plegen. Wij hebben ze in huis en ze staan klaar. Ik heb de percentages al genoemd. De minister laat zien geen enkel idee te hebben van de islamitische terreurdreiging die er is. Dat blijkt wel. Marokkaanse en Turkse paspoorten afpakken kan nog steeds niet. Jihadreizigers voor altijd buiten Nederland houden? De minister wil het niet. Grenscontroles instellen is broodnodig. Een immigratiestop voor islamitische landen moet. Teruggekeerde jihadi's moeten de gevangenis in en daarna Nederland uit. Moskeeën die steun geven aan ronselaars? Sluiten die haatpaleizen! Wij moeten vrijwillige remigratie stimuleren. Voor de helden van de AIVD moet veel meer geld beschikbaar worden gesteld. En last but not least: wij moeten Israël, de frontlinie in de strijd tegen de islamitische jihad, meer steunen, moreel, economisch en politiek, dan wij ooit gedaan hebben. Daartoe roep ik deze minister op. Mij rest een laatste vraag. Hoe lang denkt de minister nodig te hebben om alsnog deze door de PVV voorgestelde maatregelen in te voeren en daarmee Nederland daadwerkelijk veiliger te maken? Op die vraag wil ik een duidelijk antwoord, want de kijkers thuis, de gewone man en vrouw in Nederland, hebben in de eerste termijn geen helder antwoord gekregen van de minister.

Antwoord minister Opstelten:
Ik gaf een buitengewoon glashelder antwoord op de vragen van de heer De Graaf. Ik herhaal dat wij in dit land geen terroristische aanslagen accepteren en dat wij geen jihadgang naar Syrië of Irak accepteren. Wij hebben een scala aan maatregelen. Wij zitten er bovenop. Wij laten dat zien met onze politie en het Openbaar Ministerie. Kijk naar de acties die hebben plaatsgevonden en die wij nemen. Wij nemen de paspoorten af. Wij bevriezen financiële tegoeden. Wij treffen ook daar de jihadgangers in het hart. Wij nemen uitkeringen af en wij voorkomen dat mensen afreizen. Dat voorkomt dat zij inderdaad in terroristische handen komen en van daaruit terugkeren en een bedreiging voor de nationale veiligheid zijn. Daar gaat het om. Wij zullen alles inzetten wat in ons vermogen ligt om te voorkomen dat er hier een aanslag plaatsvindt, maar wij kunnen dat niet garanderen. Vandaar het substantiële dreigingsbeeld.