Skip to main content

Algemeen Overleg Materieel

Voorzitter. We praten vandaag over materieel-projecten van de krijgsmacht. Materieel is enorm van belang, want daarmee moeten de successen worden behaald. Dat materieel is ook van belang voor de veiligheid van het personeel.

Het in de samenleving meest besproken materieelonderwerp van Defensie is natuurlijk de JSF, de gekozen opvolger van de F-16, als wij de berichten in de media mogen geloven. De Minister heeft daarop gereageerd in de brief aan de Kamer van 9 september. Daarin zegt zij niets anders dan wat zij al negen maanden lang zegt: het moment waarop ik het besluit over de opvolging van de F-16 bekend ga maken, zal voor de behandeling van de begroting van Defensie zijn.

Wij weten inmiddels dat de begroting van Defensie wordt behandeld van 12 tot 14 november. Dat is in ieder geval de planning. Dat de Minister negen maanden geleden zei dat zij nog niet precies kon wezen over de vraag wanneer dat besluit publiek gemaakt zou worden, kan ik begrijpen, maar wij zitten nu veel dichter op dat moment. De Minister moet toch in staat zijn om daar nu wat nauwkeuriger over te worden? Komt dat bericht er volgende week op Prinsjesdag, zoals bronnen rond het kabinet lekken? Of komt het later in september? Komt het in oktober of krijgen wij het pas op 11 november te zien? Ik vraag de Minister om nou eens fatsoenlijk antwoord te geven op de vraag: wanneer wordt het besluit van de regering bekend over de opvolging van de F-16? Als zij het niet op een dag precies kan zeggen, kan zij het vast op een week of een maand precies zeggen.

De beleidsdoorlichting strategisch luchttransport. Wij zien graag dat Nederland een goede inzet van strategisch luchttransport kan hebben als dat nodig is. Wij steunen daarom samenwerking met andere landen om capaciteitstekort op dat punt te voorkomen of te verminderen, maar samenwerking mag niet leiden tot een constructie in EU-verband waarbij de zeggenschap over de inzet van het materieel uiteindelijk niet meer uitsluitend in Nederlandse handen ligt. Over de inzet van ons materieel moeten wij altijd de ultieme zeggenschap hebben. Kan de Minister toezeggen dat dat haar doel is?

Dan kom ik op het infanteriegevechtsvoertuig, CV90. In dagblad Trouw konden wij lezen dat deze gloednieuwe pantservoertuigen in de verkoop worden gedaan voor een fractie van de inkoopwaarde. Kan de Minister dat bericht bevestigen dan wel ontkennen? Als het waar is, over hoeveel voertuigen gaat het dan? Hoeveel verlies lijden wij dan gelet op de inkoopwaarde? Wordt de komst van de JSF misschien mede mogelijk gemaakt door de verkoop van CV90-infanteriegevechtsvoertuigen? Wij hebben gelezen dat de inzetbaarheid tussen de 30% en 50% ligt. Dat is duidelijk veel te laag, want volgens de norm behoort die 70% te zijn. De vraag is niet zozeer hoe dit zo komt, maar wel wat de Minister gaat doen om dit percentage te verbeteren. Wat is haar inzet? Wanneer verwacht zij de norm wel te kunnen halen?

Het grote pantserwielvoertuig de Boxer is in bestelling. Het is fijn dat te horen maar Defensie blinkt niet bepaald uit in het tijdig uitvoeren van grotere materieelprojecten. Dat is zorgelijk. Het valt op dat de Minister ons laat weten dat er bij het gebruik van de Boxer door de Duitsers in Afghanistan geen onverklaarbare technische problemen zijn gerapporteerd. Als je dat even omdraait, zou je kunnen denken dat het antwoord van de Minister suggereert dat er wel verklaarbare technische problemen waren. Kan de Minister daar wat uitgebreider op ingaan? Wat waren de aard en omvang van die problemen? Zijn deze inmiddels opgelost? Gaven deze problemen ook hinder bij de inzetbaarheid van het voertuig door de Duitsers in Afghanistan? Vindt de Minister, kort gezegd, de voertuigen betrouwbaar genoeg om operationeel in te laten zetten door ons Defensiepersoneel? Hebben de komst van de JSF en de bezuinigingen ook consequenties voor het aantal bestelde Boxer-pantserwielvoertuigen?

De Minister wil erop toezien dat het werkaandeel van de Nederlandse industrie bij de ontwikkeling van de Block II-raketten minimaal even groot is als de bijdrage aan de ontwikkelingskosten. Blijft zij zich daarvoor inzetten? Kan zij voor ons al wat zichtbaarder maken wat er allemaal gebeurt op dat punt, zodat wij wat meer gevoel krijgen bij de vraag hoe haalbaar die inzet is? Wij vinden het zorgelijk dat er een tijdelijk tekort lijkt te ontstaan aan Block I-raketten. Leidt dat straks tot een verminderde inzetbaarheid van de LC-fregatten en, zo ja, zijn er dan nog mogelijkheden om die verminderde inzetbaarheid toch te voorkomen?

Tot slot, kan de Minister de stand van zaken geven over de verkoop van de Leopard-tanks? Zijn er nog partijen in de markt of draait de verkoop uit op een hopeloze missie?

Voorzitter. Ik ben erg teleurgesteld over de reactie van de Minister aangaande het proces van besluitvorming rondom de opvolging van de F-16. Ik kan niet geloven dat er geen enkel idee bij de mensen bestaat over hoe dat de komende maanden zou moeten gaan verlopen. De Minister wil het blijkbaar niet zeggen. Dat de Partij van de Arbeid een schimmenspel speelt met betrekking tot dit onderwerp, weten we al jarenlang. Het lijkt erop dat het kabinet dit gewoon heeft overgenomen, en dat is zeer betreurenswaardig. De hele samenleving zit daar immers al zo lang op te wachten. Dat is zeer spijtig.

Wat het strategisch luchttransport betreft, heb ik aan de Minister gevraagd of ze er ook dwars voor wil gaan liggen om te voorkomen dat de Nederlandse zeggenschap over ons eigen materieel straks uit onze handen raakt en bij anderen komt te liggen. Uit het antwoord van de Minister leid ik af dat ze dat niet bij voorbaat gaat doen en zegt: we zien wel wat er wordt afgesproken en daar moeten we het dan mee doen. Dat betekent dus dat de Minister niet uitsluit dat die zeggenschap straks inderdaad uit Nederlandse handen wordt gegeven en in andermans handen komt. Dat vindt mijn fractie een heel slechte ontwikkeling.