Skip to main content

Sociale veiligheid

Vz,

Allereerst wil ik de minister bedanken en complimenteren dat hij al zo vroeg in zijn termijn als minister dit belangrijke onderwerp bij de horens vat, maar ik wil daar wel een nuance bij aanbrengen.

Alle vorige ministers van onderwijs die ik meegemaakt heb, wilden dat ook.
In de bijna twaalf jaar dat ik namens de Partij voor de Vrijheid onderwijswoordvoerder ben, heb ik met alle voorgaande ministers over het thema onveiligheid en pesten gedebatteerd en alle voorgangers van deze minister spraken altijd hun gemeende zorgen uit over de sociale veiligheid binnen scholen, over pesten en over de vreselijke uitkomsten die daarmee soms gepaard gaan.

De debatten vonden vaak plaats nadat er weer een gruwelijk exces bekend werd. Alle verantwoordelijke ministers blonken dan uit in warme woorden voor de slachtoffers en ze toonden allemaal daadkracht om hier een einde aan te maken. Pestprotocollen, kanjertrainingen, overheidscampagnes, alles werd uit de kast getrokken om de pestproblematiek te verminderen. Maar het bleef altijd bij woorden en er waren weinig daden en altijd werd het weer stil.

Wij denken dat onze aangenomen motie van 4 februari 2020, die met 146 stemmen is aangenomen (alleen de Partij voor de Dieren stemde tegen; waarom zij dat deden is mij nog steeds een raadsel), waarin scholen door de Minister op indringende wijze verzocht werd om bij incidenten waarbij geweld, wapens en drugs betrokken zijn altijd aangifte te doen, meer zoden aan de dijk had kunnen zetten dan de over het algemeen vrijblijvende pestprotocollen en pestprogrammatjes.

Dat zeggen wij, omdat de uitvoering van die programma’s en protocollen te veel afhankelijk is van de uitvoering door scholen en leraren die niet gespecialiseerd zijn in de complexe groepsdynamica die aan pesten ten grondslag ligt.
In het beste geval is er sprake van goedwillend amateurisme, in het slechtste geval gebeurt er helemaal niets en worden gepeste leerlingen gedwongen een andere school te kiezen in plaats van de pesters.
Wij gaven daarom de voorkeur aan een generieke wettelijke opdracht aan scholen om altijd aangifte te doen. Dat schept duidelijkheid voor drie partijen: de gepeste leerling, de pester en de school.

Vz, eerst een paar vragen aan de minister.

Op de televisie was onlangs de documentaire “Eindeloos gepest” te zien. Een aangrijpend verhaal over de 14-jarige Maryana die zo geleden heeft onder het pestgedrag van haar schoolgenoten dat ze besloot om uit het leven te stappen.

De minister werd er naar eigen zeggen naar van en dat begrijp ik heel goed, want iedere kijker moet door deze documentaire diep zijn geraakt.

Ik wil alsnog de makers van deze documentaire een groot compliment geven. Niet eerder zag ik een documentaire die zo indringend duidelijk maakte hoe pesten leidt tot isolement, tot angst en wanhoop, bij het slachtoffer en bij de ouders.

De minister zegt in zijn interview in de Telegraaf van 5 maart jl. dat nieuwe overheidsmaatregelen moeten gaan meehelpen om scholen veiliger te maken. Zo worden scholen voortaan verplicht om ernstige incidenten met geweld en wapenbezit te melden aan de inspectie.
Aan zo’n meldpunt ontbrak het nog steeds, aldus de Minister. Dat gaf scholen de kans om misstanden onder het tapijt te vegen.

Dat bevreemdt ons voorzitter. Onze motie om scholen te verplichten aangifte te doen, niet bij de inspectie, maar bij het Openbaar Ministerie in gevallen waar geweld, wapens en drugs aan de pas komen, is inmiddels al weer twee jaar oud en is dus klaarblijkelijk niet uitgevoerd.

Voorzitter, een belangrijke motie, die pesters, hun ouders en de scholen zelf een juridisch handvat biedt om pesten aan te pakken, een motie die met 146 stemmen wordt aangenomen, wordt dus niet uitgevoerd.

In het schrijnende geval van Maryana was er sprake van systematisch pesten en zelfs van geweld. Waarom is er geen aangifte gedaan? Wat is er met die motie gebeurd? Waarom trekt de minister nu dat twee jaar oude idee uit de kast als hét middel om scholen veilig te maken?

Wat heeft het nog voor zin om moties in te dienen als het gaat over deze ernstige misstanden, in dit geval een motie die met 146 van de 150 stemmen wordt aangenomen en als die niet wordt uitgevoerd? Mogelijkerwijs was deze tragische afloop te voorkomen geweest als de school direct aangifte had gedaan en als het Openbaar Ministerie de handvatten had gehad om adequaat te handelen.

Waar ik bang voor ben, is dat na de terechte aandacht in de media voor deze verschrikkelijke gebeurtenis, het weer stil wordt tot de volgende suïcide ons weer choqueert. Dat mag niet gebeuren.

Wij willen daarom, naast de uitvoering van onze motie uit 2020, verdergaan met het vormgeven van generieke, wettelijke maatregelen die gepeste leerlingen, hun ouders, de school én het OM een handvat bieden om in te grijpen.

Wij willen dat doen in navolging van Franse wetgeving waarin pestkoppen op scholen en universiteiten maximaal drie jaar gevangenisstraf kunnen krijgen en een boete tot 45.000 euro. Bij een geval van zelfmoord kan dit in Frankrijk nu zelfs oplopen tot 10 jaar en een boete van 150.000 euro.

Afschrikking voorzitter, afschrikking in plaats van goedbedoelde, maar vaak amateuristische interventies die zich altijd richten op de gepeste leerling in plaats van op de pesters; dat schept duidelijkheid.
En daarom verzoeken wij de minister om diepgaand te onderzoeken of dergelijke wetgeving van toegevoegde waarde zou kunnen zijn. Als de minister een dergelijk onderzoek niet kan toezeggen, overwegen wij hierover een motie in te dienen.

Vz, ik ga afronden. Het is heel goed om te zien dat leerlingen zich over bijna de hele breedte in het onderwijs zeer veilig voelen. Maar dat is niet genoeg, want de 5% van de leerlingen die zich dat niet voelt, lijkt weinig, maar de gevolgen voor juist deze leerlingen kunnen desastreus zijn.
De suïcides die het gevolg zijn van pesten zijn slechts een topje van de ijsberg. Onder dat topje zien we gepeste leerlingen die het nét wel redden door zich overlevingsstrategieën aan te meten die op geen enkele manier bij hun leeftijd passen. Die leerlingen dragen de gevolgen van het pesten een leven lang met zich mee, met alle gevolgen van dien.
Al die leerlingen verdienen bescherming die wettelijk geregeld is en die boven de beslotenheid van de scholengemeenschap uitgaan. Dat is een gezamenlijke, maatschappelijke verantwoordelijkheid.

Graag een reactie van de minister.