Skip to main content

Voor pesten bestaat geen excuus

Het Debat op 2 was gewijd aan het tragische overlijden van Tim Ribberink. In zijn afscheidsbrief zei hij dat hij zijn leven lang was buitengesloten en gepest. Dit overlijden confronteerde ons -alweer- met de enorme impact die pesten op een jong leven kan hebben.
In mijn eigen omgeving en in mijn werk als leraar heb ik ernstige gevallen van pesten meegemaakt. Ik heb de eenzaamheid en het verdriet gezien waarin jongens en meisjes jarenlang verkeren; hun onmacht en frustratie. En de schaamte omdat ze het gevoel hebben dat ze hun ouders teleurstellen.

In het debat kwam dit allemaal ter sprake. Het werd ook duidelijk dat pesten een complex probleem is, waar scholen nauwelijks een antwoord op hebben. Natuurlijk, elke school heeft een pestprotocol. Dat is wel het minste wat er moet zijn. Maar het zijn de leraren die het geoefende oog moeten hebben om te zien dat er gepest wordt. Zíj zijn het die al hun professionaliteit in stelling moeten brengen om de gepeste leerling veiligheid te bieden. En dat is moeilijk, blijkt elke keer weer.

Maar in plaats van zich te richten op bescherming van de gepeste leerling, willen scholen met de pesters aan de slag. Want die hebben het ook moeilijk. Die hebben ook een verhaal. Zó werd het in het debat naar voren gebracht door de scholen, door de (ex-)pesters en zelfs door enkele mensen die vroeger gepest waren.

Ik vind dat de omgekeerde wereld. In een debat van 40 minuten over pesten, moet het niet de helft van de tijd gaan over de issues van de pesters.
Waarom niet? Scholen hebben niet de expertise in huis om psychologische hulp te bieden aan pesters. Leraren zijn geen psychiaters. Laat de school zich richten op zijn kerntaak; dat is het bieden van veiligheid aan de gepeste leerling. Dat is al moeilijk genoeg, blijkt steeds weer uit de praktijk.
Dus stuur niet de slachtoffers naar een andere klas of zelfs naar een andere school, maar de pesters. Bied alle leerlingen een veilig sociaal klimaat, behalve de pesters. Pesten moet heel risicovol worden, net als het gebruiken van (seksueel) geweld, of het plegen van diefstal. Als je je daaraan schuldig maakt, word je onherroepelijk van school verwijderd. Zo moet het zijn in een veilige school: tolerantie en veiligheid voor iedereen, ook voor de jongens en meisjes die "anders" zijn, die afwijken van de "standaard".
Want wij zijn een land, waar je MAG afwijken van de standaard. Met de beste bedoelingen worden nu kinderen die wat stiller zijn, of er anders uitzien, naar vechtsport gestuurd. Daar zouden ze zekerder van worden. Dat zal soms best zo zijn, maar veel kinderen voelen zich daar niet op hun plaats. Bovendien wordt zo impliciet het signaal gegeven dat ze de pesterijen over zichzelf uitroepen. Zíj zijn het die afwijken door onzeker gedrag en dát moet gerepareerd worden.
De deskundigen neigen ernaar om zaken ingewikkelder te maken dan ze zijn. Natuurlijk is pesten een complex groepsgebeuren. Maar dat mag nooit een excuus zijn. Elk individueel groepslid heeft de vrije keus om uit die groepsdynamiek te stappen. Als je er voor kiest om je te verschuilen in de groep, dan ben je "guilty as hell".
Laten we eindelijk afstappen van die eeuwige reflex om de dader te willen begrijpen en te helpen. Want als we dat doen, laten we de slachtoffers in de kou staan. En dat hebben we al veel te lang gedaan.

 

Lees hier dit opiniestuk op DagelijkseStandaard.nl