Skip to main content

Spreektekst plenaire behandeling leenstelsel

EERSTE TERMIJN

Voorzitter, wij spreken vandaag hier niet over zomaar een wetswijziging. Dit is een stelselwijziging. Het gaat hier om het afschaffen van de studiefinanciering die sinds 1986 heeft gezorgd voor sociale mobiliteit van generaties jongeren uit de lagere inkomensgroepen. De groepen, zoals wij dat noemen, die het in het leven niet cadeau krijgen. De groepen die decennia politiek onderdak vonden bij de PvdA toen dat nog een sociaaldemocratische partij was die dacht vanuit het verheffingsideaal. Maar de Partij van de Arbeid vz, heeft willens en wetens afscheid genomen van het verheffingsideaal. "Het is niet meer van deze tijd", zegt de minister in Wakker NL op Zondag. Vz, de minister en de partijen die met dit Kabinet collaboreren, wijzigen een heel stelsel, omdat het niet meer van deze tijd is.

Zo wordt het beargumenteerd: het is niet meer van deze tijd. Waarom niet? Ik las op GS een aantal rake reacties op deze volstrekt inhoudsloze uitspraak. AOW is niet meer van deze tijd. Wachtgeld is niet meer van deze tijd. Pensioen is niet meer van deze tijd. Non-profit in de zorg is niet meer van deze tijd. Vz, het zegt allemaal niks. Behalve dat al deze uitspraken passen in een neo-liberaal wereldbeeld waarin elke burger zichzelf helpt en vooral niet meer mag rekenen op de overheid, op grotere verbanden en op solidariteit. Als de minister zegt dat studiefinanciering niet meer bij deze tijd past, zegt ze eigenlijk dat zij, en de PvdA, en de overheid vinden dat de emancipatie van de lagere inkomensgroepen voltooid is en voor zover dat niet het geval is, deze mensen zichzelf maar moeten emanciperen. Vz, ik heb het al eens tegen deze minister gezegd. De ooit zo trotse socialistische haan is met dit Kabinet veranderd in een kale kip die meekakelt met de neoliberalen van GL en D66. De partij die te pas en te onpas solidariteit predikt met mensen in achterstandssituaties overal ter wereld en die daar zo geharnast inzit dat ze een migratiepolitiek in het leven heeft geroepen die grote delen van ons land ontwricht; solidariteit met vreemdelingen, met gelukszoekers, met authentieke en niet authentieke asielzoekers. Die partij laat nu weten aan de kiezers die traditioneel bij haar horen, de Nederlanders in achterstandsituaties en in de lage-inkomensgroepen: Bildung? Doe het zelf maar. En als je dat niet kunt, omdat je nu eenmaal niet in een zogenaamd "talige" omgeving bent geboren, omdat je niet kosmopolitisch bent, maar lowerclass of lower middleclass, koop je dan maar de middenklasse in via het leenstelsel.

Vz., dat evangelie van de neo-liberale zelfredzaamheid van D66 en VVD en van Groen Links en de PvdA is niet besteed aan die kiezer. Het is om die reden dat veel PvdA-kiezers daarom zijn uitgeweken naar de Partij voor de Vrijheid. Deze Wet, deze stelselwijziging, is tekenend voor het politieke cynisme waarmee de PvdA een partij geworden is die nog maar één raison d'etre lijkt te hebben: het zich vastklampen aan regeringsmacht. Aan de ene kant zien we een partijleider die een beeld naar buiten brengt dat de PvdA een activistische partij is, die zich veel gelegen laat liggen aan de man en vrouw in de straat; aan de andere kant, hier in Den Haag, zien we een partij die samen met de kosmopolitische wereldburgers van D66 en van Groen Links een neo-liberale kongsi smeedt waarin gesteld wordt dat de emancipatie is voltooid. Vz, de PvdA is geen van tweeen. Het is geen actiepartij voor de man en vrouw in de lagere inkomensgroepen, want dat zijn de PVV en de SP. En de PvdA is ook geen echte neo-liberale partij zoals de VVD en D66. Aan het einde van de dag is de PvdA alleen nog maar een cynische machtspartij die dit Kabinet moet pleasen met een leenstelsel voor studenten, om er iets voor terug te krijgen. Wat eigenlijk? Wat is de politieke uitruil vz? De minister gaat het ons niet vertellen en ik volsta hiermee: deze minister en deze PvdA zijn niet meer van deze tijd. Datzelfde geldt in steeds hoger tempo voor het hele kabinet.
Want vz, voor de PVV-kiezer is het helemaal niet vanzelfsprekend dat de kinderen doorleren, want het is duur en investeren in een langdurig studieproject met een onzekere afloop stuit op bezwaren. Ouders met weinig draagkracht zijn vaker tegenstander van een studielening. Het argument dat je met een ho-diploma meer verdient, gaat lang niet altijd op; zie de inkomens in de zorg en het onderwijs. Onder onze kiezers heerst leenaversie. De elitaire wereldburgers van D66, Groen Links en VVD kunnen zich haast geen voorstelling maken van de zorgen van mensen die de eindjes aan elkaar moeten knopen en die daarom bang zijn om leningen aan te gaan die hen jarenlang achtervolgen. Een jarenlange lening aangaan van wel 35 jaar om bijvoorbeeld een onderwijzer te worden die op z'n 45e zo'n 2140 euro netto thuisbrengt bij een volledige weektaak en die drie schoolgaande kinderen heeft. Dit is een principiële breuk met het verleden. In de Monitor beleidsmaatregelen, nota bene van de minister zelf, wordt letterlijk gesteld: "Het belangrijkste motief om niet te lenen heeft met name te maken met de weerstand tegen het maken van schulden. Zowel in het hbo als in het wo is het percentage studenten dat om deze reden afziet van een studielening gestegen". 84% van de hbo-studenten en 86% van de wo-studenten die niet lenen geeft als motief aan geen grote schulden te willen maken. Er is nu al sprake van een taaie schuldproblematiek onder de jeugd, Steeds meer jongeren tussen de 18 en 25 jaar doen een aanvraag voor schuldhulpverlening: van 7% in 2007 tot 11% in 2012. Ouders met weinig draagkracht zijn vaker tegenstander van een studielening.

Vz., veel studenten zullen er voor kiezen geen hoger onderwijs te gaan volgen zegt het gezamenlijk onderzoek van de ministeries van Binnenlandse Zaken en Onderwijs: 1 op de 10 studenten gaat niet studeren; de helft van de hbo-studenten gaat geen master doen; 3 van de 10 doorstromers ziet vanuit het hbo of mbo af van verder hoger onderwijs.
Vz. De aanpassingen die er door de inbrengen van GL en D66 zijn gekomen, maken op zn best de Wet iets minder grimmig. Studerende kinderen van ouders die benedenmodaal verdienen, kunnen beschikken over en hogere aanvullende beurs dan de huidige; de bijverdiengrens is geschrapt, en studenten met een functiebeperking krijgen een nieuwe tegemoetkomingsregeling. Doekjes voor het bloeden van de sociaaldemocratie vz. Een pleister plakken op het lijk van de verheffing. En bovendien, hoe zit het met de middenklasse? Aan het einde van de dag zal blijken dat WEER de middenklasse het 't zwaarst te verduren krijgt. Zij komen straks NET niet aanmerking voor bepaalde toeslagen, extra vergoedingen, een aanvullende beurs etc. omdat de middenklasse-ouders NET te veel verdienen. De middenklasse betaalt straks de hoogste rekening. Er is dus niet alleen sprake van klassenverraad, maar ook nog eens van middenklasseverraad. Middenklasseverraad, een gloednieuw woord in het politieke woordenboek van GL en de Partij van de Arbeid. Daar sta je dan als ooit verheffingspartij.

Deze Wet wordt in overgrote haast door de coalitie én de collaborerende oppositiepartijen D66 en Groen Links doorgedrukt. Waarom, kan ik niet duiden. De vaste kamercie OCW was altijd een collegiale cie, waarin rekening werd gehouden met elkaar, ondanks de grote politieke verschillen. Ik heb dat altijd erg gewaardeerd. Maar de politieke spierballen van de minister en de coalitie en D66 en GL die rolden om deze Wetsbehandeling perse nu, in de week van de OCW-begroting te agenderen, was ronduit onnodig, want de Eerste Kamer kan hem pas behandelen na het kerstreces. Onnodig en daarmee schofferend voor de kamercie en erger nog, voor het politieke proces. De minister loopt in haar brief aan de scholieren ook op ongepaste wijze vooruit op de inwerkingtreding van deze Wet. Voor de goede orde: hij is nog niet aangenomen, er komen nog amendementen en moties en de Eerste kamer moet hem nog behandelen. Wij, de Eerste en Tweede Kamer doen ertoe, geef ik deze minister mee. Het parlementaire proces doet ertoe. Of ze dat nou leuk vindt of niet. Ik geef dat ook mee aan de woordvoerders van de coalitie die op basis van een meerderheid in zeteltal een debat blokkeert (ao veiligheid) en door met bestuurlijke machtsvertoon de agenda te bepalen.
Vz, hoe dan ook, ik stel vast dat er geen collegiaal model meer is. De testosteron-rush die soms de ratio lijkt over te nemen, zorgt ervoor dat het ruikt naar oorlog in de cie. Voor het leven NA dit Kabinet, en dat kan eerder komen dan menigeen in de cie hoopt, is dit niet goed. Een weekje uitstel, dat is wat we vroegen. het zou het wetgevingstraject niet in de weg zitten en ook de scholieren zouden op tijd worden geïnformeerd.

Vz, ik kijk even nadrukkelijk naar de publieke tribune, naar de protesterende studenten. Ik steun ze natuurlijk in hun protest. Maar tegelijkertijd wil ik ze een vraag stellen; een retorische vraag, ik verwacht geen antwoord nu op deze plaats. Die vraag luidt: Wat doen jullie hier? Statistisch hebben de meesten van jullie gestemd op een coalitiepartij of op één van de collaborerende partijen die dit Kabinet net aan in leven houden. Kunnen jullie niet lezen? In de verkiezingsprogramma's van deze partijen staat niets anders dan dat zij het leenstelsel willen introduceren. Hier zitten ze dan, jullie gekozen volksvertegenwoordigers, die kennelijk ALLES behalve jullie geluid vertegenwoordigen. Voor de VVD is zo'n technocratisch voorstel helemaal niet gek, op basis van te verwachten rendement van de onderwijsgelden en ideologisch past het ook bij de VVD. Maar vanuit de solidariteitsgedachte is het toch onverkoopbaar dat de PvdA mede-indiener is. Het lid Klaver, nota bene ex-voorzitter van het bestuur van DWARS, de jongerenorganisatie van GroenLinks, doet ook mee. Hij weet het beter dan zijn kiezers vz. D66 is ook onderdeel van dit akkoord, de partij die zich altijd zo nadrukkelijk manifesteert als DE onderwijspartij. Beste studenten, vandaag wordt een wetsvoorstel besproken waarbij JULLIE stemgedrag, de verstandigen onder jullie niet te na gesproken, is uitgemond in een meerderheid van stemmen. Jullie hebben in meerderheid zélf akkoord gegeven voor deze wet.

Vz., de overgrote haast om deze wet te behandelen ruikt naar paniek. Er wordt oppositie, studenten en andere betrokkenen zo min mogelijk tijd gegeven om de grote problemen die deze Wet met zich meebrengt aan te kaarten. Deze minister moet en zal deze Wet op haar CV schrijven, die daarmee wat ons betreft geen mooie aanblik biedt: het opheffen van de urennorm in het mbo, het terugbrengen van de urennorm in het vo, het afschaffen van de citotoets als objectief matchinginstrument in het po. En daar komt nu het Leenstelsel bij. Wij hechten eraan om deze Wet te blijven benoemen bij de naam die de lading het beste dekt: studenten gaan leningen aan die hen een groot deel van hun werkzame leven achtervolgen. De Orwelliaanse Newspeak van deze minister om het leenstelsel om te katten naar het positief klinkende studievoorschot, daar trappen wij niet in.

Vz., de positie van de Partij voor de Vrijheid ten aanzien van het wetsvoorstel, is niet veranderd. Vz., ik heb het vaker gezegd en ik doe dat nu weer. Dit wetsvoorstel is een principiële breuk met het verleden. Onderwijs werd sinds het verheffingsideaal zijn intrede deed, gezien als het belangrijkste instrument voor de lagere klassen om te emanciperen en toegang te krijgen tot de middenklasse. Later gold dat ook voor de emancipatie van vrouwen en allochtonen. De basisbeurs is in 1986 ingevoerd, maar is nog lang niet overbodig.

Eén voordeel dat de minister noemde in WNL op Zondag begreep ik goed. Als ik het verkeerd gehoord heb, dan hoor ik dat graag in de termijn van de minister. Zij zei::het hoger onderwijs wordt met het Leenstelsel minder druk, en dat komt goed uit want de massaliteit van het hoger onderwijs komt de kwaliteit niet ten goede. De PVV ziet die groei van het onderwijs en van het studentenaantal als een enorm succes van het onderwijs. Deze minister ziet alleen maar problemen en ze probeert de groei van het aantal studenten in het ho terug te brengen door het opwerpen van een financiële drempel. Want ik kan de uitspraak van de minister niet anders duiden: het aantal leraren is niet meegegroeid met het aantal studenten, zegt zij. Waarom anders doet ze deze uitspraak in deze context van het leenstelsel? Ze wordt op haar wenken bediend: de toegankelijkheid van het HO wordt minder door verschil te maken in draagkracht. Rijke ouders ondervinden nauwelijks problemen door het leenstelsel, maar mensen met lage inkomens worden veroordeeld tot opleidingen op hooguit niveau mbo 4.

En het meest cynische wat ik de minister in dit verband heb horen uitleggen vz., is dat mbo-4 prachtig eindonderwijs is. En ja vz., daar heeft de minister het grootste gelijk van de wereld. Mbo-4 is prachtig eindonderwijs, voor iedereen, ook voor de zoon of dochter van de advocaat of de minister. Maar de toegang tot hoger onderwijs voor al die mbo'ers die het talent en de ambitie hebben om door te stromen mogen we niet afsluiten op basis van inkomen. Dat is slecht voor studenten zelf, maar ook heel slecht voor de toekomst van ons land. Want al dat talent dat juist in die groepen aanwezig is, hebben we keihard nodig.

Vz., dit zou niet ons voorstel zijn geweest. Maar het wetgevingstraject is onomkeerbaar, dit debat had als hamerstuk afgedaan kunnen worden. Maar dat neemt niet weg dat wij nog een aantal vragen hebben aan de minister.

• Erkent de minister dat bezwaren rond leenaversie in dit wetsvoorstel geen gestalte hebben gekregen? De minister probeert namelijk nergens om de knelpunten en de angst weg te nemen.
• Is de minister het met ons eens dat dit voorstel lenen stimuleert en dus in tegenspraak is met wat de overheid voorheen verkondigde, de boodschap aan onze jongeren dat lenen en schulden maken slecht is?
• Lees (kranten) en zie (WNL, zondag 2 november 2014) ik het goed dat de minister eigenlijk zoekende is naar minder studenten in het HO en daarom dus aan de knoppen van de toegankelijkheid draait met dit voorstel?
• Erkent zij dat dit wetsvoorstel (onvoorziene) gevolgen zal hebben voor de kenniseconomie? Dit omdat er straks kostbaar talent niet of minder tot bloei komt?
• Houdt de minister er rekening mee dat het nog maar de vraag is of de Eerste Kamerfractie van D66 instemt met het leenstelsel. Ik zeg dat omdat de senator die vz is van de hbo-raad er alles aan gelegen was om deze Wet niet aan te nemen. Hij had daar zeer legitieme redenen voor die hij indringend heeft uitgedragen. Wij gaan er iig vanuit dat deze senator de D66-fractie tot inzicht brengt. Dat brengt zijn geloofwaardigheid EN zijn positie als vz van de hbo-raad tenslotte met zich mee.

Afsluitend vz. In ons verkiezingsprogramma hebben wij in het verleden met pijn in het hart afstand gedaan van de basisbeurs in de masterfase. Ook wij moesten toen moeilijke keuzes maken om in de harde crisis onze financiële paragraaf rond te krijgen. Wij vonden dat toen te verdedigen, omdat studenten die een hbo-studie of een bachelor-wo achter de rug hebben in staat moeten worden geacht om een weloverwogen lening aan te gaan om de laatste fase van de wetenschappelijke studie te financieren. Maar de eerste stap naar het hoger onderwijs, die naar de bachelorfase, die moet wat ons betreft nooit en te nimmer bemoeilijkt worden. Juist ook omdat het hbo van oudsher een ware emancipatiemotor is die toegankelijk moet blijven voor alle studenten uit alle inkomensgroepen. Daar mogen zeker financiële drempels geen rol spelen. De PVV is en blijft daarom tegenstander van dit wetsvoorstel.

2e termijn Beertema

Voorzitter. Ik kijk terug op een weinig inspirerend debat. Er ging een onplezierige procedurevergadering aan vooraf. Mijn voorstel was toen om er een hamerstuk van te maken. Achteraf heb ik er eigenlijk geen spijt van dat ik dat niet heb doorgezet. Alles was al afgehecht. Volgens mij zijn op twee na alle amendementen van de oppositie ontraden en daarmee naar de prullenbak verwezen. We hebben hier dus eigenlijk een mooi lang toneelstuk opgevoerd. Maar goed, ik weet hoe het werkt. Ik ben een grote jongen. Ik kan daar tegen.
Ik heb ook een lichtpunt, en dat is het volgende. De haast waarmee deze wet moest worden doorgedrukt, kon ik niet duiden, evenmin als mijn collega's. In het debat heb ik ook niet duidelijk gekregen waarom dat zo was. Ik constateer dat dit een beetje ruikt naar paniek, en als het in de politiek naar paniek ruikt, dan ruikt het ook naar verkiezingen. Wat dat betreft stap ik straks met een blij gemoed mijn bedje in. De wetenschap dat er een politiek leven is na de val van Rutte II maakt namelijk heel veel goed. Dan wordt alles anders. Tot die tijd stel ik mijn hoop op het verstand, het inzicht en de geloofwaardigheid van de D66-fractie in de Eerste Kamer. Daar zitten namelijk mensen van wie we verwachtingen hebben, mensen die ook al hebben aangegeven hoe ze over dit wetsvoorstel denken. Die verwachtingen zijn zo hooggespannen dat ik me kan voorstellen dat er een hashtag #waarbenjethom in het leven wordt geroepen. Als dat gebeurt, vergeet dan niet die h achter de t! Het is "thom". Daar laat ik het bij.